Burgemeester gaat niet in hoger beroep om kwestie uit coronaperiode

 

Op 14 oktober 2020 werd er in een Roosendaalse café feest gevierd. Er waren veel meer bezoekers aanwezig dan -volgens de toen geldende coronaregels- was toegestaan. Ook werd de verplichte corona afstand van anderhalve meter met voeten getreden. Filmpjes van het feest gingen destijds viraal op social media kanalen en behaalden zelfs het landelijke nieuws. Bovendien was het niet de eerste keer dat de bewuste kroegeigenaar de geldende coronaregels overtrad.

Sluiting

Burgemeester Han van Midden nam een bestuurlijke maatregel waarbij het bewuste café uiteindelijk drie maanden lang niet tussen twee en vier uur ’s nachts open mocht zijn. De maatregel kon echter pas ingaan ná de coronaperiode, ruim een jaar later. Het café is van maart 2022 tot 13 mei 2022 vanaf 02.00 uur gesloten geweest. De horeca-exploitant besloot een rechtszaak aan te spannen.

Te lange termijn tussen besluit en uitvoering

De rechtbank is van mening dat de burgemeester, onder deze omstandigheden, bevoegd was om ter bescherming en herstel van de openbare orde, veiligheid en gezondheid de maatregel te nemen. De burgemeester moest noodgedwongen afwachten met de tenuitvoerlegging van de maatregel, vanwege de verplichte sluiting van álle horecazaken tijdens de coronapandemie. De rechter stelt dat er daardoor te veel tijd zat tussen de overtreding en de uitvoering van de maatregel. De noodzaak was op dat moment niet meer actueel. De noodzakelijke bescherming van openbare orde, veiligheid en gezondheid waren namelijk niet meer in het geding. Vandaar dat de rechter de horeca-exploitant in het gelijk stelde.

Principieel

Burgemeester Han van Midden zegt in een reactie: 
“Hoewel dit voor mij een principiële kwestie betreft, ga ik niet in hoger beroep. In het vonnis lees ik namelijk dat de rechter ons technisch gezien gelijk geeft. Ik was bevoegd om de maatregel te nemen en had daar ook alle reden toe, aldus de rechter. Echter door de bijzondere omstandigheid van de coronaperiode konden we -noodgedwongen- de maatregel niet direct in laten gaan. 
Ik begrijp dat de rechter alle belangen afweegt en dat de rechter vindt dat de periode tussen de overtreding en de uitvoering van de maatregel te lang is geweest. Ik respecteer de uitspraak én sta nog steeds achter mijn besluit van destijds. Het was overigens een beslissing die ik liever niet had genomen. Maar het is van cruciaal belang dat we afgesproken regels met elkaar nakomen; Iedereen! Het is naar collega-horecaondernemers en onze inwoners niet uit te leggen dat een enkeling de regels meerdere keren willens en wetens overtreedt. Los van alle toen geldende gezondheidsredenen leidt het ook nog eens tot oneerlijke concurrentie.”